Voorbeeldig

Ik ben opgegroeid als zoon van een begrafenisondernemer. Wij woonden midden in het toen nog kleine dorp, Hoofddorp. Ons huis was gevestigd aan de Tuinweg, middenin een uitvaartcentrum.

Wij werden best wel streng opgevoed. Want het was natuurlijk niet de bedoeling dat wanneer iemand in ons uitvaartcentrum was, diegene ons hoorde lachen. Of dat er luid muziek werd afgespeeld op onze slaapkamers.

Om ‘in control’ te zijn, hadden mijn vader en moeder een noodknop. Deze noodknop bevond zich onder de bar. Op de bar stond een telefoontoestel. Als de telefoon ging en mijn vader niet kon opnemen op kantoor, dan riep mijn moeder eerst: “Jongens!” en drukte dan deze noodknop in. Vervolgens gingen in één klap de televisie en radio uit: “U spreekt met Dunweg’s Begrafenis en Crematie Associatie...” Ademloos luisterden wij dan mee hoe onze moeder de telefoontjes zorgvuldig beantwoordde.

Gezin Van der Pijl - Dunweg Uitvaartzorg

Wij hadden echt een voorbeeldfunctie in het dorp. Mijn moeder mocht zelfs niet in een spijkerbroek het dorp in of boodschappen doen. Wat zouden de mensen daar wel niet van zeggen. Spelen in de tuin was voor ons een rustige bezigheid. Schreeuwen en gillen, dat kon niet naast het uitvaartcentrum.

Mijn vader vroeg mij destijds eens om een paar rouwbrieven te posten. Ik liep het dorp in en bij het busstation tegenover het Marktzicht stond een grote brievenbus. Daar kon ik alles in kwijt.
Ik raakte aan de praat met een agent, mijnheer de Vries. Na een leuk gesprek zei hij: “Zou je het leuk vinden als ik jou met de politieauto naar huis breng?” Nou, als zevenjarig jongentje was dat natuurlijk een prachtig voorstel. Een jongensdroom kwam uit! We stapten uit bij de voordeur van ons huis. Ik was trots, maar mijn moeder schrok zich rot. Ze was bang dat ik kattenkwaad uitgehaald had en de familie te schande had gezet…

110 jaar Dunweg.

Politie bij Dunweg Uitvaartzorg...?

Alexander van der Pijl
Alexander van der Pijl, directeur Dunweg

Onze overige vestigingen